LeidekkenMateriaal
Ambacht
Om een mooi egaal leien dak te krijgen is het allereerst van belang de leien te ordenen. De medewerkers van Bogaerts sorteren de leien op dikte en eventuele beschadigingen. Beschadigde of bobbelige exemplaren worden terzijde gelegd. Het dakbeschot wordt aan een nauwkeurige inspectie onderworpen. De meeste daken zijn immers al honderden jaren oud. Dat wordt uitgevlakt om een goede ondergrond te hebben en vervolgens gesmet. Dat wil zeggen van horizontale en verticale lijnen voorzien. Op elke lijn komt een lei, dus het formaat van de lei bepaalt de afstand van de lijnen. Heel nauwkeurig werk. Dan kan het leggen beginnen. Maar voor een lei definitief voor de komende 100 jaar of langer zijn plaats op het dak krijgt, vindt eerst nog een visuele inspectie plaats en wordt de lei aangetikt om er zeker van te zijn dat deze geen gebreken heeft. Elke lei dient op de juiste plaats te komen. Een ‘kromme’ lei kan immers juist heel goed dienst doen bij een verspringing in het dak. Het eindresultaat dient een egaal, strak dak te zijn. Met name op de hoeken en kanten en bij de aansluiting van dakkapellen en torenspitsen vraagt dat om zeer gedegen vakmanschap.
Maas- en Rijndekking
Verschillende groeven bedienen in de middeleeuwen de Europese leidekkers van materiaal. Zo blijkt een eeuwenoude Franse steengroeve, die de Maas als verkeersader gebruikt, al in de 17e eeuw Ravenstein als losplaats voor de leien te hebben gebruikt. Analoog aan de Maasroute spreekt men bij leien van Maasdekking wanneer er rechthoekige leien op het dak liggen. Een verband dat we vooral in het zuiden en westen van Nederland veel tegenkomen.
De leien die via de Rijn ons land binnen komen, afkomstig vanuit Duitse groeves, worden in een ander verband gelegd. Bij een schubvormig verband spreken we daarom van
Rijndekking of Oud-Duitse dekking. Van oudsher veel toegepast in het noorden en oosten van ons land.
Uiteraard beheerst Bogaerts beide technieken tot in de finesses |